Wanneer niets is wat het lijkt. Over schriftelijk bewijs, bewijsovereenkomsten en de nieuwe wetgeving inzake de schriftelijke getuigenverklaring
Author:
Abstract:
In een eerste deel wordt het schriftelijk bewijs onder de loep genomen, dat traditioneel gekenmerkt wordt door een strakke reglementering in het burgerlijk wetboek. Doorheen de talrijke voorbeelden uit de rechtspraak zal echter blijken dat die regeling in werkelijkheid niet steeds met even grote gestrengheid wordt toegepast. Het tweede deel bestaat uit een onderzoek naar de bewijsovereenkomsten, waarbij de partijen zelf aan zet zijn en via onderlinge overeenstemming van het klassieke bewijsrecht kunnen afwijken. In een derde deel wordt dieper ingegaan op de wet van 16 juli 2012, die ervoor gezorgd heeft dat getuigenissen niet langer verplicht mondeling in de rechtbank zijn, maar dat partijen ook de mogelijkheid hebben om een schriftelijke getuigenverklaring voor de rechter in te dienen.